Brouwerij 't HAMERKEN
Een beetje voorgeschiedenis |
In 1580 komt de naam 't Hamerken de eerste keer voor als landelijk huis
dat bekend stond als herberg waarvan de uitbaters vanaf 1588 in registers zijn terug te vinden. |
|
Familie Vanneste |
Voor de familie Vanneste begon het allemaal in 1872 toen Jules Vanneste (°22.10.1835 +12.02.1909), een slimme boer uit Oostkamp, zijn intrek nam in deze bestaande stokerij en mouterij 't HAMERKEN. Jules begon er vanaf 1889 bier te brouwen om nog geen vijf jaar later de tweede belangrijkste te zijn van de 31 Brugse brouwerijen . (telling 1904) De stokerij werd gestopt maar een gloednieuwe mouterij draaide vanaf 1905 op volle toeren. Hier zie je Jules Vanneste links op de foto. |
|
|
De mouterij bleef werken tot 1976. |
|
authentieke machines mouterij |
||
De zoon Cyriel Vanneste (°03.05.1861 +09.03.1925) kon de taak van zijn vader verderzetten. Tijdens de eerste wereldoorlog werden in 1906 de koperen ketels door de duitsers opgeëist, maar vanaf 1918 werd opnieuw gebrouwen in ijzeren ketels. | ||
Buiten het klassieke hoge gistings tonnenbier werd nu ook reeds bier op flessen getrokken. Men kende er zelfs een Brugse Gueuze. | ||
|
Rond de dertiger jaren deed de familie Vanneste de zware investeringen voor
de lage gistingsbieren van het pilsner-type. De nieuwe koelinstallaties hielden zelfs het hoofd koel van de opvolger Jacques Vanneste (°24.07.1908 +27.04.1985) die in 1940 de p.v.b.a. 't HAMERKEN oprichtte. |
|
Eens liep de reus Jules fier met zijn ton onder de arm, een Triumph-pils hoog heffend, in de stoet van dekenijfeesten van de stad Brugge. |
De open gistingskuipen |
|
Blauw werd de favoriete kleur van 't HAMERKEN. Buiten de bieren van het pilsner en dort- muntertype werd ook nog een Brugse Tripel gebrouwen, een donkerkleurig licht bier met een densiteit van 5 graden. |
|
|
|
||
Het gelegenheidsbier voor de brugse monumenten was wellicht de voorbode tot het stilleggen van de mouterij in 1976. De wieg stond klaar voor het eerste Industriëel Archeologisch Museum dat in 1991 te Brugge zal geboren worden. |
||
Steenbrugge Patersbier |
Nog voor 't Hamerken zijn bijltje er bij neer zou leggen werd nog vanaf 1980 het patersbier van Steenbrugge gebrouwen. Een verhaal apart.... |
|
Dit bier werd oorspronkelijk door de broeders zelf als tafelbier gebrouwen tussen 1914 en 1943
voor eigen gebruik. De patersbrouwerij was gelegen buiten de
kloostergebouwen. De opeising van de koperen ketels door de duitsers bracht hieraan een
einde. De paters maakten alleen nog fruitwijnen. De biertraditie werd in 1958 terug opgenomen door
brouwingenieur Broes van de coöperatieve brouwerij DE LAC. De produktie werd echter brusk gestopt bij de overname van DE LAC door
brouwerij LEOPOLD uit Brussel, die het patersbier toen liet brouwen door de
opgeslorpte brouwerij Lootvoet uit Overijse.Voor het eerst werd dit patersbier gebrouwen buiten de
stad. |
||
Vanaf 1972 was het brouwerij Costenoble uit Esen-Diksmuide die het brouwen van het Steenbrugse
patersbier op zich nam. |
||
In 1982 kwamen voor de laatste keer de accijnzenbeambten naar de brouwerij 't HAMERKEN. Het handelsfonds werd door Brouwerij Haacht overgenomen en de laatste grote brouwerij van de stad dreigde te verdwijnen. | ||
Het was Toon Denooze van brouwerij De Hopduvel te Gent die in 1982 de brouwketels warm bleef houden door er, naar eigen slogan, het tweede beste bier ter wereld te brouwen: Het Stropke. | ||
dortmunttype uit glorietijd van brouwerij 't HAMERKEN (1960-1970)
|
Eigenaars 't HAMERKEN
1580 : de naam 't Hamerken komt de eerste keer voor als landelijk huis (St.-Jans Sestendeel fol 1027) |
1983: Paul Vanneste sticht in samenwerking met brouwerij Frank Boon uit Lembeek de nieuwe
brouwerij |
||
De rij wordt geopend door het Brugs Tarwebier, welke zelfs door burgemeester Frank Vanacker zaliger werd gesmaakt. Brugs Tarwebier was van het begin af een succes, want het vulde in de jaren tachtig een gat in de markt van de witbieren, die toen alleen nog door brouwerij De Kluis in Hoegaarden bij Leuven werden gebrouwen. | ||
De traditie van het Patersbier van Steenbrugge wordt hervat. De dubbele bruinen krijgt zelfs het gezelschap van een blonde tripel. Sint Arnoldus, patroon der brouwers en stichter van de Sint-Pietersabdij van Oudenburg en Steenbrugge siert de etiketten van dit brugse abdijbier. | ||
De volgende aanwinst van DE GOUDEN BOOM was de Brugse
Tripel. Deze Brugse Tripel is heel wat voller en steviger dan zijn voorhanger bij 'T HAMERKEN. Het is tevens een blond bier geworden. |
||
Vanaf 1993 gaan de brouwerijen Rodenbach en DE GOUDEN BOOM nauwer
samenwerken. Dan komt de brouwerij PALM de groep vervoegen....enz. Hoe het verder afloopt is geschiedenis voor morgen. Ik drink nog een Brugs Blond, de laatste aanwinst van de brouwerij DE GOUDEN BOOM |
© 2001 copyright CARAMBA
vzw, alle rechten voorbehouden
webmaster: Jan Albert De Bruyne